Bianca’s zoon Bas* zoekt al van kleins af aan de grenzen op, en kan heftig reageren als dingen anders lopen dan verwacht. Bianca trok meerdere keren aan de bel, maar vond nergens gehoor. Uiteindelijk kwam er na een crisis en een ziekenhuisopname hulp voor het gezin. Bas was toen al 13 jaar. Bianca’s tip voor andere ouders? Ga niet weg bij de huisarts tot je serieus genomen wordt. En: “Geef niet op. Blijf de positieve dingen zien!” Een schat die grenzen opzoekt Apetrots is Bianca op haar 16-jarige zoon Bas. Hij volgt een opleiding in constructiewerk, houdt van gamen, voetbal, oude muziek, en verdiept zich graag in vlucht- en treinschema’s. En, vertelt zijn moeder glunderend: “Hij is gewoon een schat. Hij zal alles doen voor de mensen van wie hij houdt. Als iemand midden in de nacht belt, gaat Bas ervoor zitten. ‘Ja, mam,’ zegt hij, ‘als jouw vriendin in de problemen zit en ze belt je, dan ga je toch ook luisteren?’” Bas is ook een jongen die de grenzen opzoekt. Bianca: “Vanaf dat hij heel klein was wisten we: er is iets. Zijn oudere broer Sven deed ook weleens iets wat niet mag, maar die was makkelijk te corrigeren. Bas absoluut niet, die dacht: ‘Straf? Maakt mij niet uit, ik doe waar ik zin in heb’.” Ze lacht: “Een pittig exemplaartje. Maar aan de andere kant heel lief en zorgzaam. Echt twee uitersten.” Buigen of barsten Bas kan heftig reageren als dingen anders gaan dan hij in zijn hoofd heeft. Toen hij een jaar of 7 was zou het gezin op weg naar huis frietjes halen bij de snackbar, vertelt Bianca: “Het liep anders, en we gingen in plaats daarvan langs de McDonald’s. Nog leuker voor de kinderen ook, dacht ik. Maar die van mij ging op de parkeerplaats liggen: ‘Ik ga niet, we zouden naar de snackbar gaan!’” Ook op school en bij vriendjes thuis liet Bas uitdagend gedrag zien: “Bij een vriendje is hij een poos niet welkom geweest, omdat hij tegen de moeder had geschreeuwd. Als we het thuis bespraken, zag hij het probleem niet. Hij kon niet begrijpen dat er bij vriendjes andere regels golden dan thuis.” Toen Bas een jaar of 8 was legde Bianca haar zorgen neer bij de huisarts: “Ik zei: het gaat bij ons moeizamer dan bij andere mensen thuis.” Maar de huisarts deelde Bianca’s zorgen niet, evenmin als de school: “Als anderen zeggen dat het wel meevalt, ga je denken: misschien ligt het wel aan mij.” Eindelijk hulp Het omslagpunt kwam toen Bianca en de vader van de jongens uit elkaar gingen. De toen twaalfjarige Bas kon niet met zijn verdriet overweg: “Hij werd brutaal en opstandig, ging bijvoorbeeld in een meubelzaak met zijn schoenen op een tafel staan, en terroriseerde thuis zijn broer. Hij kreeg ook stressklachten en ging zichzelf openkrabben. Ik stond echt met mijn handen in het haar.” Tijdens een weekend weg liep Bas door het krabben een flinke ontsteking op. “Toen heb ik de huisartsenpost gebeld. Hij is opgenomen op de kinderafdeling en al snel stond de kinderpsychiater er.” Er volgde een hulptraject vanuit de specialistische jeugd-ggz. “Er kwam drie keer in de week een team bij ons thuis. Daar kon ik veel vragen en onzekerheden kwijt, dat heeft me heel erg op weg geholpen. Ook moesten we vragenlijsten invullen. Bas zijn hele jeugd kwam voorbij: er viel zoveel op zijn plek.” Autisme Bas kreeg uiteindelijk de diagnose autisme. Voor Bianca onbekend terrein: “Ik kende maar één voorbeeld, van een jongen die helemaal in zichzelf gekeerd was en 24 uur per dag begeleiding nodig had.” Google werd haar beste vriend. Zo vond ze netwerken en verenigingen voor ouders van kinderen en jongeren met autisme: gespreksgroepen van de NVA, MamaVita, en Facebookgroepen. “Daar haal ik veel informatie vandaan, en vooral herkenning. Je hoeft niks uit te leggen.” Ondertussen was het gezin al een scheiding en een ziekenhuisopname verder: “Ik dacht wel: hadden de school en de huisarts het nou echt niet in de gaten? Ik had het liever al geweten toen hij 3 of 4 was. Dan had ik zijn gedrag kunnen verklaren, en hem beter kunnen helpen. Bijvoorbeeld door uit te leggen: je gaat nu met je vriendje mee naar huis, dat is een ander huis met andere regels.” Broers, maar geen vrienden Als het niet goed gaat met Bas, moet zijn oudere broer Sven het vaak ontgelden. “Hij haalt dan het bloed onder z’n nagels vandaan.” Na een ruzie met zijn broer stond Bas een keer in de kamer met een steekmes. Bianca kreeg van de crisisdienst de tip om preventief de politie in te lichten. “Dat hebben ze heel goed opgepakt. Zat Bas met z’n 13 jaar naast oom agent. Die heeft hem duidelijk gemaakt dat het geen grappen zijn om met een mes te gaan staan.” Als onderdeel van de behandeling ging een systeemtherapeut met het gezin aan de slag. Sven nam niet deel aan de gesprekken. “Dat is een gesloten oester,” zegt Bianca. “Ik ben er wel alert op, en vraag regelmatig hoe het met hem gaat. Sven hanteert nu een soort scheidslijn thuis; hij gedoogt z’n broertje, maar het zullen nooit meer vrienden worden. Daarvoor heeft Bas denk ik te veel kapot gemaakt.” De toekomst tegemoet Bas en zijn moeder hebben een goede band. “Hij vertelt me alles. Ik ben er niet altijd blij mee, maar ik blijf met hem in gesprek. Bij de ggz zeggen ze: hij voelt zich heel veilig bij jou.” Lachend: “Dat is prachtig, maar ik heb liever dat hij dingen vooraf van me aanneemt, en niet achteraf. Ik krijg er iedere keer weer tien grijze haren bij. Maar ik ben blij dat ik altijd weet wat er is gebeurd.” Naast zijn ouders heeft Bas een groep vrienden waar hij op kan bouwen. Onder toeziend oog van zijn mentor is hij op zoek naar een leuke stage. En zijn hulptraject bij de specialistische ggz loopt binnenkort af. Wel zal Bas altijd begeleiding nodig hebben: “We gaan nu met maatschappelijk werk kijken hoe verder,” vertelt Bianca. “Hij zal nooit zelfstandig kunnen wonen. Er moet iemand meekijken of hij het allemaal wel redt, of hij doucht, opruimt, dat soort dingen.” Geef niet op Dat ze het als moeder niet alleen hoeft te doen leerde Bianca pas na een lange zoektocht: “Ik had voor mezelf als tip willen krijgen: ga bij de huisarts zitten, en ga niet weg voordat er iemand bij je gezin komt kijken.” Haar positieve houding hield haar al die tijd op de been. “Ik geef niet op. Ik wist: we gaan hieruit komen.” Dat is dan ook haar belangrijkste boodschap aan andere ouders. “Het kost veel energie, en het is makkelijk om te zeggen: het gaat bij ons altijd mis. Maar blijf kijken wat er wel goed gaat. Of ze nou 3, 9 of 15 zijn, je haalt er altijd iets positiefs uit.” *De namen in dit verhaal zijn gefingeerd. Bianca, Bas en Sven heten eigenlijk anders. Heeft deze kennis je geholpen? Bedankt voor je feedback Wil je hieronder aangeven wat je goed vindt, en wat het Kenniscentrum kan verbeteren? Bedankt! Naam E-mailadres Jouw feedback Duimen thumbs-up Duimen thumbs-down Δ Onderwerp Verbetering op de tekstKlinische stageMedicatieBehandelingen en instrumentenContact met een expert of behandelaarOpvoedenZorg voor mijn kindPers- of mediaverzoekIets anders (typ je vraag hieronder) Bericht Naam E-mail Δ