Ruminatiestoornis is een stoornis waarbij moedwillig en herhaaldelijk voedsel of dranken weer worden opgegeven en/of uitgebraakt, zonder dat hiervoor een somatische oorzaak is (bijvoorbeeld een afwijkende anatomie van de slokdarm leidend tot reflux). Bij rumineren wordt het voedsel herkauwd en doorgeslikt of uitgespuugd. De eerste symptomen kunnen zich al voordoen in de zuigelingentijd, maar ook in de kindertijd, adolescentie of op volwassen leeftijd. Ruminatiestoornis treedt vaak op in de context van pervasieve- en/of verstandelijke ontwikkelingsstoornissen en kan een zelfstimulerende functie hebben, vergelijkbaar met ander repetitief motorisch gedrag. Bij adolescenten en volwassenen kan het leiden tot schaamte en vermijding van sociale activiteiten. Als de regurgitatie gepaard gaat met uitspugen van het voedsel kan dit leiden tot ondervoeding, zeker als er ook sprake is van een beperkte inname van voedsel. Rumineren kan samengaan met een andere psychische stoornis, zoals een gegeneraliseerde angststoornis. TagsBehandeling Diagnose Kenmerken Praktijkstandaard