Psycho-educatie De behandeling van gedragsstoornissen begint altijd met uitleg over de stoornis aan de ouders en het kind, de zogenoemde psycho-educatie. De psycho-educatie houdt in dat ouders inzicht krijgen in de gedragsstoornissen. Ook worden de mogelijkheden om de problemen aan te pakken doorgenomen. Hierdoor kunnen de ouders het gedrag van hun kind beter begrijpen en zich daarover mogelijk minder schuldig voelen. Tegelijkertijd kan een goede vorm van psycho-educatie motiverend werken om het opvoedingsgedrag te veranderen of bij te stellen. De behandeling bestaat vervolgens uit psychologische methoden zoals oudertraining Behandeling met medicijnen wordt voorgesteld wanneer er sprake is van een gedragsstoornis in combinatie met ADHD en ernstige en openlijke vormen van agressie. In het geval van comorbiditeit met ADHD, met bovendien een duidelijke belemmering van het functioneren, kunnen medicijnen de ADHD-symptomen, maar tot op zekere hoogte ook de symptomen van de gedragsstoornissen, doen afnemen. Vervolgens worden één of meer vormen van psychotherapie gestart. De behandeling bestaat dan ook nooit alleen uit medicatie, maar ook altijd uit een psychologische behandeling. Psychotherapeutische aanpak Bij de psychotherapeutische aanpak worden zowel het kind als de ouders betrokken. Soms wordt een therapie voorgesteld waaraan het hele gezin mee moet doen (‘systeemtherapie’). In het verlengde van de psycho-educatie ligt de oudertraining in opvoedingsvaardigheden bij kinderen tot twaalf jaar, (cognitieve) gedragstherapie bij kinderen (vanaf acht jaar) en jeugdigen, en schoolinterventies. Bij een oudertraining leren ouders hoe ze gewenst gedrag van hun kind kunnen bevorderen en ongewenst gedrag laten afnemen. Zo leren ouders opvoedingsvaardigheden zoals positieve opdrachten geven, prijzen en belonen, negeren, ‘apart zetten’ en privileges ontnemen. Bij cognitieve gedragstherapie leert het kind of de jongere sociale vaardigheden en vaardigheden om sociale problemen beter op te lossen. Zo leren ze moeilijke situaties juist in te schatten, na te denken over een handige aanpak en die toe te passen. Ook leren ze hoe ze hun soms snel oplopende boosheid beter kunnen beheersen. Bij jongeren wordt bovendien aandacht besteed aan de bredere sociale context (zoals de buurt of de school). Zo kan er aandacht worden gegeven aan dreigende schooluitval. Behandelmethoden Functional Family therapie (FFT) Functional Family Therapy (FFT) is een kortdurende gezinsgerichte interventie voor jongeren met gedrags- en emotieregulatieproblemen. FFT is ontwikkeld om de onderlinge sfeer en communicatie te verbeteren en de negatieve en disfunctionele patronen te doorbreken. Lees meer over Functional Family therapie Minder boos en opstandig Het behandelprogramma ‘Minder boos en opstandig’ is bedoeld voor kinderen van acht tot en met twaalf jaar met een disruptieve gedragsstoornis (ODD of CD, eventueel in samenhang met ADHD en leerstoornissen) en hun ouders. Het programma is gericht op het laten afnemen van negatief probleemgedrag en het laten toenemen van prosociaal gedrag. Lees meer over Minder boos en opstandig Zelfcontrole Het doel van ‘Zelfcontrole’ is om gedragsproblemen bij kinderen in sociale situaties te doen afnemen. Het programma leert kinderen meer zelfcontrole te krijgen en minder impulsief te zijn. Lees meer over Zelfcontrole Incredible years / Pittige jaren ‘Pittige jaren’ werkt aan afname van probleemgedrag en toename van sociaal wenselijk gedrag, door de ouders relevante opvoedingsvaardigheden bij te brengen die zowel het gedrag als de ontwikkeling van het kind in gunstige zin beïnvloeden. Lees meer over Pittige jaren Parent Management Training Oregon (PMTO) Parent Management Training Oregon (PMTO) is een ambulante behandeling die zich richt op ouders van kinderen met ODD, CD, eventueel in combinatie met ADHD, in de leeftijd van vier tot twaalf jaar. Lees meer over PMTO ‘Triple P, niveau 4 en 5’ Het Triple-P-programma richt zich op de preventie van (ernstige) emotionele en gedragsproblemen bij kinderen door de versterking van de pedagogische vaardigheden bij ouders van kinderen in de leeftijd van nul tot zestien jaar. Als niveau 4 van het Triple-P-programma niet tot het gewenste resultaat leidt – bijvoorbeeld bij ingewikkelde gezinsproblemen – wordt niveau 5 ingezet. Lees meer over Triple P, niveau 4 Lees meer over Triple P, niveau 5 Multisysteemtherapie (MST) Multisysteemtherapie (MST) is bedoeld voor jongeren tussen de twaalf en achttien jaar met ernstig antisociaal gedrag die gesloten uit huis geplaatst zijn of dreigen te worden. MST richt zich ook op het gezin. Lees meer over MST Parent-Child Interaction Therapy (PCIT) Het doel van PCIT is gedragsproblemen bij het kind te verminderen en de stress bij ouders te verminderen door de opvoedingsvaardigheden van de ouders te vergroten en de kwaliteit van de ouder-kindrelatie te verbeteren. Lees meer over PCIT Relationele Gezinstherapie (RGT) Relationele gezinstherapie (RGT) is een kortdurende gezinstherapie die zich richt op het positief beïnvloeden van de relaties tussen gezinsleden en op het verminderen van gedragsproblemen bij het kind. Lees meer over RGT MultiDimensionele FamilieTherapie (MDFT) Multidimensionele familietherapie (MDFT) is een behandelprogramma dat ook ‘bemoeizorg’ omvat. Het programma richt zich op vier domeinen in het leven van een jongere: de jongere en zijn problemen, de ouders van de adolescent, het gezin en de familie als geheel. Ook is er aandacht voor belangrijke aspecten in de omgeving van het kind, zoals zijn leeftijdsgenoten (‘peergroep’), school en mogelijk politie en justitie. Lees meer over MDFT Medicatie Medicijnen bij de behandeling van een kind met een oppositionele-opstandige stoornis of de normoverschrijdend-gedragsstoornis vragen om een zeer zorgvuldige afweging. Alleen wanneer er ook sprake is van ADHD of wanneer specifieke gedrags-, gezins- of systeemtherapie onvoldoende effectief is gebleken, met name op het vlak van fysiek agressief gedrag, wordt medicatie overwogen. Wat het laatste betreft is het probleem niet zozeer dat we niet beschikken over een middel dat agressief gedrag doet afnemen: van het antipsychoticum risperidon is het effect overtuigend aangetoond. Het probleem is dat risperidon bijwerkingen kan hebben zoals gewichtstoename en dat er onzekerheid bestaat over het langetermijnrisico voor hart- en vaatziekten en diabetes. Risperidon kan daarom slechts tijdelijk worden gegeven. Als blijkt dat ernstige openlijke agressieve gedragingen bij het staken van risperidon opnieuw voorkomen, dan is een nieuwe zorgvuldige afweging nodig en eventueel een herbeoordeling (diagnostiek). Gedragsstoornissen in combinatie met ADHD Voor de behandeling van kinderen en jeugdigen met gedragsstoornissen in combinatie met ADHD, en leidend tot ernstige belemmeringen, is methylfenidaat een effectief en betrekkelijk veilig middel. Zowel methylfenidaat als atomoxetine zijn bewezen effectief tegen de symptomen van gedragsstoornissen, maar het effect van methylfenidaat is groter dan het effect van atomoxetine. TagsBehandeling Praktijkstandaard